Nieuws

Rechtbank oordeelt over zorgplicht vermogensbeheerder

De Rechtbank Amsterdam heeft op 24 oktober 2012 geoordeeld over de zorgplicht die vermogensbeheerders hebben. De uitspraak, gepubliceerd op 15 november 2012, treft u in de link op deze pagina.

In deze zaak oordeelt de Rechtbank dat de zorgplicht van een vermogensbeheerder onder meer omvat dat:

  • De vermogensbeheerder de primaire verantwoordelijkheid heeft om te beleggen volgens het overeengekomen risicoprofiel en de daarbij behorende assetallocatie
  • De vermogensbeheerder niet zonder de ondubbelzinnige toestemming van de klant, buiten het mandaat mag beleggen.

Hoe kunt u als vermogensbeheerder voorkomen dat u tekortschiet in de zorgplicht richting uw klanten? In dit nieuwsitem gaan we in op de uitspraak en de lessen die hieruit te trekken zijn.

Zorgplicht geschonden

De zaak draait om het beheerde vermogen van een cliënt die geen ervaring heeft met beleggen. De doelstelling van het beheer was ‘het aanvullen van het jaarlijks inkomen uit huur en overig inkomen’ en het ‘genereren van inkomsten en vermogensgroei bij een beperkte graad van risico’.

De afspraak is gemaakt dat belegd zou worden volgens een ‘tussen neutraal en defensief profiel’ met een langetermijnhorizon. In de overeenkomst staat ook dat de portefeuille zal worden samengesteld met een risicoprofiel dat het neutrale model benadert, te weten 24% obligaties, 23,5% marktneutrale hedgefunds, 26% aandelen en 26,5% long/short hedgefunds.

De beheerder heeft in de loop van de tijd de aandelen en obligaties uit de portefeuille vervangen door hedgefunds en funds of hedgefunds (70,4%). Later heeft de vermogensbeheerder de klanten door middel van een nieuwsbrief ingelicht over de wijze waarop zij invulling gaf aan de defensieve, neutrale en offensieve profielen die zij hanteerde. Hierbij wordt opgemerkt dat de vermogensbeheerder elk profiel in twee klassen heeft ingedeeld, hoog risico en laag risico, en dat zij zichzelf de vrijheid hebben gegund om per profiel de categorie met een hoog risico maximaal 10% te kunnen overwegen.

De rechtbank stelt dat de vermogensbeheerder haar zorgplicht heeft geschonden. Dit omdat zij niet heeft gehandeld als een goed huisvader door op een te risicovolle wijze te beleggen, gelet op de assetallocatie, het risicoprofiel van de cliënt en de specifieke persoonlijke omstandigheden van deze cliënt. De overeengekomen afspraken met de cliënt zijn niet nagekomen. De beheerder heeft het vermogen van de cliënt belegd in fondsen die niet passen bij het risicobereidheid en ‘risicomijdende’ doelstelling van de cliënt.
 

Te risicovol belegd in niet geschikte fondsen

De rechtbank redeneert kort samengevat als volgt:

  • De vermogensbeheerder is met de beleggingen buiten het mandaat van de assetallocatie getreden. Op basis van het intake-formulier is een risicoprofiel vastgesteld tussen neutraal en defensief. Het enkele feit dat de vermogensbeheerder de cliënten met een nieuwsbrief en portefeuilleoverzichten heeft geïnformeerd en de cliënt geen vragen heeft gesteld, maakt nog niet dat de cliënt stilzwijgend heeft ingestemd met het gewijzigde beleid van de vermogensbeheerder. De vermogensbeheerder heeft de primaire verantwoordelijkheid om te beleggen overeenkomstig het overeengekomen risicoprofiel en de daarbij behorende assetallocatie. Zeker wanneer er voor een significanter deel risicovoller belegd gaat worden, is ondubbelzinnige instemming van de cliënt vereist, waarbij de cliënt in begrijpelijke taal is gewezen op de gevolgen en de risico’s van het gewijzigde beleid.
  • Hedgefunds kwalificeren vrij algemeen als zeer risicovol. Door de beperkte transparantie is veelal onduidelijk waarin het fonds uiteindelijk belegt. De beleggingen zijn vaak illiquide en moeilijker te waarderen en de vermogensbeheerder kan doorgaans geen invloed uitoefenen op de (complexe) strategie van het fonds. Deze risico’s gelden temeer voor beleggingen in funds of hedgefunds.
  • De vermogensbeheerder had meer spreiding moeten aanbrengen. Gelet op de risico’s van beleggen in (funds of) hedgefunds, de persoonlijke omstandigheden van cliënt en het overeengekomen risicoprofiel, had de vermogensbeheerder in geen geval 50% of nog hogere percentages van de middelen in dergelijke risicovolle fondsen mogen beleggen.
  • De cliënt is onvoldoende geïnformeerd. Van de vermogensbeheerder had voorts mogen worden verwacht dat zij, als deskundige partij, cliënt op duidelijke, begrijpelijke en inzichtelijke wijze had geïnformeerd over de kenmerken en de risico’s van dit type beleggingen.

Op basis van deze overwegingen komt de rechtbank tot het oordeel dat de vermogensbeheerder het vermogen niet heeft beheerd als een goed huisvader en dat zij toerekenbaar tekort is geschoten in de zorgplicht die op haar rust bij de uitvoering van de vermogensbeheerovereenkomst.

Het belang van beleggen conform het risicoprofiel van de cliënt

Voor de zorgplicht van de vermogensbeheerder is het ken-uw-cliënt-principe zeer belangrijk. De vermogensbeheerder dient voldoende informatie in te winnen van/over de cliënt op het gebied van de financiële positie, kennis, ervaring, doelstellingen en risicobereidheid van de cliënt. Deze informatie vormt de basis voor het cliëntenprofiel. De vermogensbeheerder zal bij de dienstverlening (zichtbaar) rekening moeten houden met deze informatie. Het cliëntenprofiel zal (aantoonbaar) moeten aansluiten bij het risicoprofiel en de bijbehorende portefeuille.

Het risicoprofiel kan niet eenzijdig vanuit de vermogensbeheerder worden aangepast, zeker niet wanneer meer risicovoller belegd gaat worden. Daartoe heeft de vermogensbeheerder ondubbelzinnig de toestemming nodig van de cliënt en dient de vermogensbeheerder voorafgaand aan de wijziging de cliënt duidelijk en in begrijpelijke woorden te informeren over de kenmerken en de risico’s van de beleggingen. Dit geldt te meer in het geval de cliënt niet over beleggerservaring beschikt en daardoor zelf geen deugdelijke inschatting kan maken van de risico’s.
 

Welke les kunt u uit deze uitspraak trekken?

Op  zichzelf is de uitspraak van de rechtbank in lijn met eerdere uitspraken omtrent de zorgplicht bij beleggingen buiten het mandaat. Voor een vermogensbeheerder blijft het van essentieel belang om te zorgen dat de portefeuille van een cliënt past bij het overeengekomen risicoprofiel van deze cliënt. Dit betekent dus dat de vermogensbeheerder een juist en volledig cliëntenprofiel opstelt op basis van de informatie verkregen van de cliënt, zoals de financiële positie, kennis, ervaring, doelstellingen en de risicobereidheid van de cliënt.

Naar aanleiding van de verkregen informatie zal vastgesteld moeten worden of de diensten die de vermogensbeheerder aanbiedt in zijn algemeenheid passen bij de cliënt. Als dit het geval is, zal de vermogensbeheerder moeten komen tot een passend advies en risicoprofiel. Daarnaast zullen de uiteindelijke beleggingen en bijbehorende risico’s moeten (blijven) aansluiten op het risicoprofiel van de cliënt.

Voor een uiteenzetting van de bouwstenen van de systematiek van cliëntinventarisatie en risicoprofielen verwijzen wij naar ons nieuwsbericht van 5 maart 2012, met een analyse over een soortgelijke uitspraak van de rechtbank Amsterdam in het kader van een schending van de zorgplicht.
 

Quick scan van Charco & Dique

Om snel inzicht te krijgen of de uitspraak van de rechtbank Amsterdam impact heeft op uw organisatie hebben wij een quick scan ontwikkeld. Charco & Dique kan u met deze quick scan helpen bij de beoordeling of de systematiek die uw bedrijf hanteert voldoet aan de minimale (wettelijke) eisen.

Tijdens deze quick scan beoordelen wij onder meer hoe u bent gekomen tot het beleggingsbeleid en de bijbehorende risicoprofielen, de wijze waarop cliënt worden geinformeerd over de risicoprofielen en hoe u waarborgt dat een cliëntprofiel aansluit c.q. blijft aansluiten bij het risicoprofiel.

Daarnaast zullen wij met u bespreken hoe u ervoor kan zorgen dat periodieke of continue monitoring van portefeuilles in relatie tot overeengekomen risicoprofiel/beleggingsbeleid plaatsvindt. Idealiter is hiervoor beleid geformuleerd voor de frequentie van monitoring, wat te doen bij afwijkingen, wel/niet contact met klant, etcetera.

Ook zal het klantbeeld (cliëntprofiel) regelmatig herijkt moeten worden. Afstemming van het cliëntprofiel op het risicoprofiel is geen eenmalige exercitie, maar dient regelmatig geëvalueerd te worden. Hoe u dit waarborgt bespreken wij graag met u.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met ons op telefoonnummer 020-4165403 of e-mailadres info@charcoendique.nl