Vanaf 1 januari 2020 zal de Benchmark Verordening ((EU)2016/1011) (BMV) volledig van kracht zijn. Een van de doelen van de BMV is zorgen voor robuuste en betrouwbare benchmarks. Daartoe moeten benchmarks aan bepaalde vereisten voldoen en moeten beheerders van een benchmark een vergunning hebben. Pas als de benchmark aan de wettelijke vereisten voldoet, wordt deze opgenomen in het ESMA-benchmark-register en kunnen zij door onder toezicht staande instellingen gebruikt worden.
Deze nieuwe regels hebben tot gevolg dat bestaande veel gebruikte benchmarks – de zogenaamde cruciale benchmarks – zoals EURIBOR, LIBOR en EONIA, in de bestaande vorm vanaf januari 2022 niet meer gebruikt kunnen worden. De verwachting is dat sommige van deze benchmarks niet aan de vereisten uit de verordening kunnen voldoen en andere aangepast zullen worden. Dit leidt er weer toe dat u, wanneer u gebruiker bent van een dergelijke benchmark, deze niet langer kunt gebruiken.
Hoe weet u of u gebruiker bent van een benchmark? En welke gevolgen heeft de BMV dan voor u? Charco & Dique Legal legt uit.
Bent u gebruiker van een benchmark?
Om te bepalen of u een gebruiker bent van een benchmark, kunt u de volgende vragen beantwoorden:
Welke gevolgen heeft de benchmarktransitie voor u als gebruiker van cruciale benchmarks?
Cruciale benchmarks die nog niet in het ESMA-register opgenomen zijn, mogen in bestaande en nieuwe contracten nog gebruikt worden tot uiterlijk 31 december 2021. Dit betekent echter niet dat u stil kunt blijven zitten tot januari 2022.
In april van dit jaar hebben de AFM en DNB marktpartijen opgeroepen om de risico’s van de transitie voor hun bedrijven te analyseren om vervolgens passende acties te ondernemen. Ook roepen de AFM en DNB marktpartijen op om over te gaan op geschikte vervangende benchmarks zodra die beschikbaar zijn. Tot voor kort waren er nog maar weinig alternatieve benchmarks beschikbaar. Hier is sinds oktober echter verandering ingekomen. Met ingang van 2 oktober 2019 bestaat de €STR. Deze benchmark wordt door de Europese Centrale Bank gepubliceerd en kan als alternatief dienen voor de huidige EONIA benchmark. €STR staat voor Euro Short-Term Rate en geeft de rente weer waartegen banken elkaar Euro’s uitlenen. Deze tarieven geven banken door aan de Europese Centrale Bank die het tarief een dag later publiceert. De EONIA benchmark zal vanaf 2022 komen te vervallen. Indien u op dit moment EONIA in uw contracten gebruikt, zult u dus moeten onderzoeken wat de gevolgen voor uw onderneming zijn als u overstapt op €STR. Moeten er contracten aangepast worden? Moeten er systemen aangepast worden? Ten slotte zult u ook in de gaten moeten houden of er alternatieven beschikbaar komen voor Euribor en zodra die er zijn actief gaan gebruiken.
Meer weten?
C&D Legal biedt (extra) juridische ondersteuning aan financiële instellingen. U kunt bij ons terecht voor juridisch advies over de toepassing of interpretatie van bepaalde financiële toezichtwetgeving. Team Legal kan u ook helpen met het vaststellen of u gebruiker bent van een benchmark.