Nieuws

Beleggingsinstellingen moeten verbeteren (AFM)

Op 23 januari 2018 heeft de AFM de resultaten gepubliceerd van haar in 2017 uitgevoerde onderzoeken bij twaalf beheerders van beleggingsinstellingen die in 2014 van rechtswege een AIFMD vergunning hebben gekregen.

De AFM concludeert dat bij deze groep beheerders substantiële ruimte is voor verbetering ten aanzien van de integere bedrijfsvoering, governance en vermogensscheiding. Daarbij geeft de AFM aan dat zij, gelet op de bevindingen, voornemens is de komende jaren vergelijkbare onderzoeken uit te voeren bij andere beheerders met een van rechtswege omgezette AIFM-vergunning. Onderdeel hiervan zal zijn of deze beheerders aan de slag zijn gegaan met de bevindingen en die in het rapport zijn opgenomen.

Beheerders van beleggingsinstellingen moeten deze aankondiging uiterst serieus nemen: de AFM heeft aangegeven dat reeds zes van de twaalf onderzochte beheerders hun vergunning hebben ingeleverd en dat bij andere onderzochte beheerders toezichtsmaatregelen worden overwogen.

In haar rapport richt de AFM zich op vijf onderwerpen. Hieronder treft u een korte samenvatting aan van de belangrijkste bevindingen die de AFM ten aanzien van deze onderwerpen heeft gedaan.

Risicobeheer bij beleggingsinstellingen is onvoldoende

De AIFMD regelgeving stelt uitgebreide eisen aan de inrichting en uitvoering van risico management. Constateringen in dit kader betreffen:

  • Het risicomanagement raamwerk is ontoereikend, met name risico limieten en beheersmaatregelen zijn niet adequaat of ontbreken;
  • Vaak bestaat onvoldoende scheiding tussen het portefeuillebeheer en het risicomanagement op de portefeuille op alle niveaus in de organisatie. De vereiste onafhankelijke risicomanagement functie wordt hierdoor onvoldoende gewaarborgd;
  • Het risicobeheer wordt niet of nauwelijks geëvalueerd, terwijl dit wettelijk gezien minimaal een keer per jaar zou moeten gebeuren.

Uitbestedingsrelaties voldoen niet op alle punten

Uit onderzoek blijkt dat op de volgende punten verbetering nodig is:

  • De motivatie voor uitbesteding en de beoordeling of het bedrijfskritische activiteiten betreft is onvoldoende of niet aanwezig;
  • De due diligence op partijen waaraan wordt uitbesteed is zeer beperkt;
  • De overeenkomsten met uitbestedingspartners voldoen niet aan de gestelde eisen. Onderwerpen als inspectie- en beëindigingsrechten zijn niet of onvoldoende contractueel overeengekomen.

Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme

  • Bij veel beheerders is geen Wwft beleid aanwezig of is dit beleid niet actueel;
  • De reikwijdte van cliëntonderzoeken is te beperkt en richt zich uitsluitend op de deelnemers in plaats van alle zakelijke relaties;
  • Voor de review van de risicoclassificatie van zakelijke relaties zijn geen procedures;
  • Procedures voor het identificeren en melden van ongebruikelijke transacties ontbreken;
  • Beleid ten aanzien van het periodiek opleiden van medewerkers ten aanzien van de Wwft gerelateerde risico’s ontbreekt.

Beleid belangenconflicten

Ten aanzien van belangenconflicten is het volgende voor verbetering vatbaar:

  • De uitwerking van het beleid dient specifieker in te gaan op situaties waarbij belangenconflicten kunnen ontstaan en welke maatregelen ingezet kunnen worden indien dergelijke situaties zich voordoen;
  • De uitwerking van mogelijke belangenconflicten tussen verschillende groepsonderdelen.

Onderbouwing effectiviteit compliancefunctie ontoereikend.

De onderbouwing voor het gebruikmaken van het evenredigheidsprincipe ten aanzien van de invulling van de compliancefunctie is onvoldoende. Zeker voor kleinere beheerders is het lastig om de onafhankelijke compliance functie te borgen. In die gevallen kan een beroep worden gedaan op het evenredigheidsprincipe. Dat vereist echter wel een goede onderbouwing en deze bleek in veel gevallen niet aanwezig.

Welke lessen kunt u als AIFM Beheerder uit het onderzoek trekken?

Hoewel de AFM enigszins eufemistisch stelt dat ‘ruimte voor verbetering bij beheerders alternatieve beleggingsinstellingen bestaat’, blijkt uit de door de AFM gepresenteerde resultaten dat veel beheerders van beleggingsinstellingen die van rechtswege een vergunning hebben gekregen de eisen die volgen uit de AIFMD onvoldoende hebben ingevuld.

Het onderzoek van de AFM heeft zich vooralsnog beperkt tot een vrij kleine groep beheerders. De AFM heeft echter aangekondigd in de komende periode ook bij andere beheerders die in 2014 van rechtswege een vergunning hebben gehad onderzoeken te gaan uitvoeren. Voor deze groep beheerders is het noodzakelijk hier tijdig op te anticiperen.

Startpunt is het doornemen van het AFM rapport. Hierin zijn per onderwerp een aantal ‘best practices’ opgenomen die beheerders kunnen gebruiken om de organisatie te verbeteren. Daarnaast is het wenselijk om ook op andere gebieden vast te stellen of feitelijk voldaan wordt aan de onder de AIFMD gestelde eisen.

Charco & Dique kan u ondersteunen

De eisen die voortkomen uit de AIFMD zijn veelomvattend en complex. Daarnaast blijkt dat de AFM de eisen vaak op haar eigen manier uitlegt. Het is, zeker voor kleinere beheerders, lastig om een goed overzicht te hebben van de eisen die aan haar gesteld zijn en de uitleg die de AFM eraan geeft.

Wij kunnen u helpen bij het verkrijgen van inzicht door het uitvoeren van een quick scan uitvoeren om te beoordelen of de eisen die voortkomen uit de AIFMD (en ook andere regelgeving) adequaat zijn ingevuld.

Wij hebben een brede ervaringen bij adviseren over de wijze waarop u op een praktische wijze invulling kunt geven aan de eisen die wet- en regelgeving stelt aan beheerders van beleggingsinstellingen en, wellicht nog belangrijker, de uitleg die de AFM hieraan geeft. Voorbeelden hiervan is de inrichting van risicomanagement en bijbehorende governance van de onderneming.

Daarnaast heeft Charco & Dique de tool Ruler ontwikkeld waarin alle op beheerders van beleggingsinstellingen van toepassing zijnde regelgeving volledig en overzichtelijk is gerubriceerd per thema en onderwerp. Deze tool biedt Charco & Dique in een abonnementsvorm aan.

Tenslotte

Met onze uitgebreide ervaring als externe compliance officer bij AIFM beheerders, implementaties van risicomanagementraamwerken en als begeleider bij AIFM-vergunningsaanvragen zijn wij als geen ander instaat om, rekening houdend met de omvang van uw organisatie, te komen tot een praktische, werkbare maar zeker ook compliant oplossing.

Meer weten? Neem contact op met Bastiaan Bloemink (06-2171 2884) of Johan Septer (06-1523 7283)