Binnen de AIFM-richtlijn (AIFMD) is een belangrijke rol weggelegd voor de bewaarder. In de Level 2 Uitvoeringsverordening die op 19 december 2012 door de Europese Commissie is gepubliceerd, is een aantal aan de bewaarders gestelde eisen nader ingevuld.
Hoewel (vooralsnog) alleen banken en beleggingsondernemingen de rol van bewaarder mogen vervullen, is het in bewaring nemen van de activa van de beleggingsinstelling slechts een onderdeel van het takenpakket van de bewaarder. Uit de eisen blijkt de bewaarder een zeer vergaande toezichthoudende en controlerende rol te krijgen.
In dit nieuwsitem zetten we de belangrijkste eisen op een rij. Eerst wordt ingegaan op de taken van de bewaarder, daarna op de verhouding tussen de beheerder en de bewaarder.
AIFM- richtlijn: eisen aan bewaardersfunctie
De AIFM-richtlijn stelt dat de beheerder van een beleggingsinstelling voor elke beleggingsinstelling of fonds een externe bewaarder moet aanstellen. Deze rol kan uitsluitend worden ingevuld door banken, beleggingsondernemingen, of andere financiële ondernemingen die onder prudentieel toezicht staan en specifiek door de lidstaten zijn benoemd.
In de Uitvoeringsverordening zijn voor bewaardersfunctie nadere regels uitgewerkt. In totaal betreffen dit 20 artikelen. Twaalf van deze artikelen geven invulling aan de normen betreffende de taken van de bewaarder. Andere regels gaan met name in op de uitbesteding van taken door de bewaarder maar ook zijn aansprakelijkheden. Ten slotte wordt gedetailleerd voorgeschreven welke afspraken tussen de beheerder en de bewaarder moeten worden vastgelegd.
AIFM- richtlijn: taken van de bewaarder
De bewaarder van een beleggingsinstelling heeft tot doel de belangen van de beleggingsinstelling en haar deelnemers te beschermen. Hiertoe moet de bewaarder op grond van de AIFM-richtlijn de activa van de beleggingsinstelling in bewaring nemen en controlerende werkzaamheden rondom de beleggingsinstelling verrichten. De belangrijkste werkzaamheden zijn:
- Het bewaken van alle kasstromen van de beleggingsinstelling, waaronder de gelden van toe- en uittreders. De bewaarder moet op dagelijkse basis mutaties signaleren die gezien de aard van de beleggingsinstelling ongebruikelijk zijn. Om haar taken op dit gebied goed uit te voeren moet dagelijks een reconciliatie plaatsvinden van de geldstromen en moet dit reconciliatieproces ten minste jaarlijks worden geëvalueerd.
- Vaststellen dat de beleggingen van de beleggingsinstelling (voor zover dit geen financiële instrumenten zijn) toebehoren aan de beleggingsinstelling en dat dit is vastgelegd in een administratie.
- Controleren of uitgevoerde transacties juist en tijdig worden gesettled.
- Controleren of de beheerder het in het prospectus beschreven beleggingsbeleid naleeft zoals bijvoorbeeld restricties op het gebied van leverageratio’s.
De diepgang van deze controle is afhankelijk van de aard en complexiteit van de beleggingsinstelling en kan dus per beleggingsinstelling verschillen.
- De bewaarder moet controleren of de uitgifte en inkoop van deelnemingsrechten van de beleggingsinstelling plaatsvindt in overeenstemming met de voorwaarden van de beleggingsinstelling en wettelijke vereisten. Hiertoe dient de bewaarder periodiek vast te stellen of de beheerder voor deze processen over adequate procedures beschikt.
- De bewaarder dient daarnaast op continue basis controleren of de (intrinsieke) waarde van de beleggingsinstellingen op een juiste wijze wordt bepaald en periodiek vaststellen of de procedures om deze waarde te bepalen nog voldoen.
- Ten slotte moet de bewaarder zich ervan vergewissen dat de opbrengsten van de beleggingsinstelling correct zijn berekend en een bestemming krijgen die in lijn is met wettelijke vereisten en de voorwaarden van de beleggingsinstelling. Onderdeel hiervan is dat de bewaarder bewaakt dat de beheerder passende maatregelen neemt wanneer de externe accountant zijn twijfels heeft geuit over jaarcijfers van de beleggingsinstelling.
Om de hierboven beschreven taken uit te kunnen voeren, moet de bewaarder op het moment dat zij als bewaarder aangesteld wordt een analyse maken van de aard, schaal en complexiteit van de strategie van de betreffende beleggingsinstelling(en). Deze analyse moet periodiek opnieuw uitgevoerd worden.
Een bepaling waar niet lichtzinnig over moet worden gedacht is dat de bewaarder regelmatig de juiste werking van de processen en procedures van de beheerder van de beleggingsinstelling moet beoordelen. Dit betekent de facto dat de bewaarder ‘on-site’ inspecties kan uitvoeren bij de beheerder. Bij materiële misstanden dient de bewaarder de lokale toezichthouder te informeren.
Verhouding beheerder en bewaarder
Uit de beschreven werkzaamheden volgt dat tussen de beheerder en bewaarder solide afspraken over de samenwerking moeten worden gemaakt. Om dit te faciliteren schrijft de AIFM-richtlijn voor dat tussen de beheerder en bewaarder een overeenkomst moet worden afgesloten waarin onder meer staat beschreven op welke wijze de beheerder de bewaarder in staat stelt om de aan de door de wetgever aan de bewaarder toegeschreven taken adequaat in te vullen. In art. 83 van de Uitvoerings-richtlijn is in detail uitgewerkt welke onderwerpen in de overeenkomst moeten worden opgenomen. Zo moet bijvoorbeeld per soort (financieel) instrument en per geografische regio worden beschreven op welke wijze de bewaardersrol wordt ingevuld. Ook moeten de procedures voor informatievoorziening zijn omschreven waaronder de verplichting van de beheerder om de bewaarder doorlopend te informeren zodat deze zijn taken kan uitvoeren.
De beheerder dient onder meer aan de bewaarder informatie te verstrekken omtrent
- de geldrekeningen van de beleggingsinstelling, inclusief nieuwe rekeningen die voor of namens de beleggingsinstelling worden geopend
- de geldstromen van nieuwe toetreders (op dagelijkse basis)
- gegevens waaruit blijkt dat beleggingsinstelling eigenaar is van de activa die geen financieel instrument zijn
- de verkoop, uitgifte, inkoop, terugbetaling en intrekking van deelnemingsrechten
- de (intrinsieke) waarde berekening van de deelnemingsrechten en de beleggingsinstelling
- de uitgevoerde transacties en uitgevoerde settlements van de beleggingsinstelling
- uitgekeerde dividenden en andere vormen van winstbestemming
- eventuele weerstand dan wel reserves van de accountant met betrekking tot de verantwoording van opbrengsten.
Buiten het feit dat de beheerder aan de bewaarder actief informatie moet verstrekken, is de beheerder verplicht de bewaarder toe te staan om, indien gewenst, de boekhouding van de beheerder te beoordelen. Voor zover activiteiten, zoals de fondsadministratie, zijn uitbesteed dient de beheerder te waarborgen dat de bewaarder bij deze externe partijen inspectiewerkzaamheden kan verrichten.
Tot slot
In dit artikel is een (beperkte) schets gegeven van de eisen die de AIFM-richtlijn aan de bewaardersfunctie en de samenwerking tussen beheerder en bewaarder stelt. De gestelde eisen en verplichtingen zijn groot, en hebben een grote impact op zowel bewaarders als beheerders. De AIFM-richtlijn geeft bewaarders rechten, maar deelt haar ook zeer veel werkzaamheden toe. Instellingen die het voornemen hebben om onder de AIFM-richtlijn de rol van bewaarder in te vullen, krijgen een takenpakket met daarbij eisen die zwaarder zijn dan huidige Wft-eisen.
Voor beheerders is het, gezien de impact van de bewaardersrol onder de AIFM-richtlijn, van belang om zich tijdig te oriënteren op rol van de bewaarder en de instelling die deze rol moet gaan vervullen.
Charco en Dique kan beheerders en bewaarders behulpzaam zijn bij verkrijgen van een vergunning en het inrichten van de bedrijfsvoering overeenkomst de eisen die de AIFM- richtlijn hieraan stelt. Daarnaast kunnen wij voor u de rol van externe compliance officer of risk manager vervullen zodat u zich kan richten op de kernactiviteiten.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met ons op telefoonnummer 020-4165403 of e-mailadres info@charcoendique.nl