Nieuws

AFM concept agenda 2014

Onlangs heeft de AFM de concept agenda voor 2014 gepubliceerd; in 2014 continueert de AFM haar negen toezichtthema’s. Wel zijn de thema’s aangepast op basis van de gesignaleerde marktontwikkelingen.

In de concept agenda zijn de volgende toezichtsthema’s opgenomen:

  1. Productaanbieders stellen het belang van de klant centraal
  2. Kwaliteit van financiële dienstverlening is beter
  3. Kwaliteit van vermogensopbouw is beter
  4. Financiële dienstverlening aan zakelijke partijen is passend
  5. Pensioenuitvoerders geven overzicht en inzicht in de hoogte en risico’ s van pensioen
  6. De kwaliteit van governance, verslaggeving en accountantscontrole gaat omhoog
  7. De effectenmarkten functioneren eerlijk en efficiënt en de infrastructuur blijft bestendig
  8. Gedragstoezicht draagt bij aan stabiliteit van het financiële stelsel
  9. Schadelijk gedrag en financiële criminaliteit nemen af

In dit nieuwsitem zullen wij een paar thema’s uitlichten en nader bespreken op basis van recente ontwikkelingen en/of publicaties van de AFM. Hierbij zal kort ingegaan worden wat de doelstellingen voor 2014 zijn en wat dit voor financiële ondernemingen betekent.

 

Productaanbieders stellen het belang van de klant centraal

Dit thema is in 2009 gestart in reactie op de kredietcrisis. Het beoogde effect van dit thema is om het vertrouwen in de financiële sector te herstellen. Om dit vertrouwen te herstellen is de AFM van oordeel dat het essentieel is dat het klantbelang centraal gesteld wordt. De AFM geeft aan dit dat een langdurig traject is.

Voor 2014 heeft de AFM onder andere als doel gesteld om aanbieders van producten en diensten aan te jagen om beter het belang van de klant te dienen. Van aanbieders wordt een actieve rol verwacht; zo zullen aanbieders hier in het bijzonder rekening mee moeten houden tijdens het product approval procedure (hierna “PAP”) en product review procedure (hierna “PRP”). In deze processen zal nadrukkelijk aan de orde moeten komen of het klantbelang centraal gesteld wordt en welke overwegingen hieraan te grondslag liggen.

 

Kwaliteit van de financiële dienstverlening is beter

De oorsprong van dit thema is gelegen in de constatering dat de kwaliteit van advisering door financiële dienstverleners (gemiddeld) onvoldoende was. De AFM wil de kwaliteit verbeteren en heeft dit als thema in haar agenda opgenomen.

Voor 2014 zal de AFM de nadruk leggen op het stimuleren van partijen om te komen tot nieuwe bedieningsconcepten die het belang van de klant dienen. In dit kader is het van belang om op te merken dat de AFM in juli van dit jaar een aantal handvatten heeft opgesteld die marktpartijen kunnen gebruiken bij de inrichting van hun dienstverlening. Deze handvatten vindt u in de publicaties Dienstverlening op maat. [Dienstverlening op maat van de AFM]

De AFM heeft partijen hiermee duidelijk willen maken dat het niet altijd noodzakelijk is om een integraal financieel advies op te stellen om het belang van de klant centraal te kunnen stellen. Naast handvatten voor financiële dienstverleners heeft de AFM ook vergelijkbaar concept geïntroduceerd voor beleggingsondernemingen.

 

Kwaliteit van vermogensopbouw is beter

De AFM is van oordeel dat de gemiddelde kwaliteit van dienstverlening aan consumenten in het kader van vermogensopbouw onvoldoende is; dit thema is in het leven geroepen om de kwaliteit van deze dienstverlening te verbeteren. Daarnaast beoogt de AFM het bewustzijn en de kritische houding van de consument te verhogen.

In 2014 zal de AFM zich in dit kader onder andere richten op het provisieverbod dat per 1 januari 2014 van kracht zal zijn voor beleggingsondernemingen. Dit betekent dat alle vormen van provisie bij vermogensbeheer, beleggingsadvies en execution only dienstverlening verboden zullen zijn. Beleggingsondernemingen zullen dan ook, voor zover zij hier nog niet mee bezig zijn, het verdienmodel aan moeten passen om te voldoen aan deze nieuwe wetgeving. [link naar thema ‘verdienmodellen’]

Verder zal de AFM ook in 2014 veel aandacht besteden aan de AIFM-richtlijn, op grond waarvan de AFM sinds juli 2013 toezicht houdt op (alternatieve) beleggingsinstellingen. Dit betekent in ieder geval dat een aanzienlijk aantal instellingen onder toezicht komen te staan en een vergunning dienen aan te vragen of zich dienen te registeren. Ook zal de AFM verdere guidance gaan geven over nieuwe onderwerpen uit de AIFM-richtlijn en toezien op de naleving ervan. Beheerders zullen goed moeten kijken of zij onder de AIFM-richtlijn vallen en of zij een vergunning dienen aan te vragen. [‘AIFM’]

Ook voor bewaarders is het van groot belang de ontwikkelingen op het gebied van de AIFM-richtlijn in de gaten te houden om te bepalen wat dit voor hen betekent en of zij een (aanvullende) vergunning dienen aan te vragen. [‘ AIFM de rol van de bewaarder‘ ]

 

Financiële dienstverlening aan zakelijke klanten is passend

In recente jaren hebben zich een aantal ontwikkelingen en incidenten voorgedaan bij de financiële dienstverlening aan zakelijke klanten, bijvoorbeeld de problemen omtrent derivaten bij woningcorporaties. Het uitgangspunt was tot voor kort dat zakelijke klanten minder publiekrechtelijke bescherming nodig hebben; verondersteld werd dat zij voor zichzelf (kunnen) zorgen of dat zij over voldoende assertiviteit en/of financiële middelen beschikken om adequate hulp in te roepen. Inmiddels is de AFM van mening dat ook bepaalde zakelijke klanten niet over voldoende kennis en ervaring beschikken en zet daarom in op passende financiële dienstverlening aan zakelijke klanten. [‘ AFM rapportage rentederivaten – sept 2013‘ ]

In 2014 zal de AFM, zowel door sturing als handhaving, partijen bewegen passende dienstverlening aan te bieden aan zakelijke klanten. Financiële ondernemingen die producten of diensten verkopen aan zakelijke klanten (of adviseren) zullen na moeten gaan of in de dienstverlening voldoende gehandeld wordt in het belang van de zakelijke klant. Hierbij zal in ieder geval kritisch gekeken moeten worden naar de volgende onderdelen van de dienstverlening:

  1. Informatieverstrekking; zo blijkt vaak niet duidelijk te zijn dat banken bij het aanbieden van rentederivaten niet adviseren. Verder blijkt vaak dat de informatievoorziening over rentederivaten niet evenwichtig is en een te positief beeld geven.
  2. Inventarisatie cliëntprofiel en passendheid/geschiktheid geleverde dienst. Uit onderzoek van de AFM is gebleken dat vaak niet duidelijk gecommuniceerd wordt of een MKB-cliënt als professioneel of niet-professioneel wordt aangemerkt. Deze kwalificering is van belang omdat niet-professionele cliënten minder beschermd worden.
  3. Integere en beheerste bedrijfsvoering; hierbij moet bijvoorbeeld gedacht worden aan de reconstrueerbaarheid van de relatie met de cliënt en van de wijze waarop de cliënt is behandeld.
De effectenmarkten functioneren eerlijke en efficiënt en de infrastructuur blijft bestendig

Dit thema draagt bij aan twee van de drie strategische doelstellingen van de AFM, te weten; het bevorderen van eerlijke en efficiënte kapitaalmarkten en het bijdragen aan de stabiliteit van de financiële markten. Het toezicht van de AFM in dit kader bestaat uit een aantal pijlers zoals het toezicht op marktmisbruik, het toezicht op de handelsinfrastructuur, het melden en registreren en de implementatie van Europese richtlijnen op deze gebieden.

De AFM zal in 2014 de toezichtstrategie ten aanzien van EMIR verder uitrollen, hierbij wordt uitgegaan van drie aandachtsgebieden:

  • Risicobeheersing van OTC-derivatentransacties en de rapportage daarvan;
  • Het mitigeren van het centrale tegenpartij risico; en,
  • Het opzetten van een transactieregister.

Voor partijen die (mogelijk) te maken hebben met EMIR is het daarom van groot belang om na te gaan of zij de inrichting van hun organisatie (verder) moeten aanpassen om te voldoen aan de eisen op basis van EMIR. [‘ EMIR‘ ]

Tot slot
De AFM bespreekt de concept agenda met het Adviserend Panel van vertegenwoordigende organisaties; in dit panel participeren organisaties van ondernemingen, consumenten en beleggers. In december zal de concept agenda 2014 naar de ministeries van Financiën en Sociale Zaken en Werkgelegenheid gestuurd worden voor goedkeuring. [‘ AFM concept agenda‘ ]

Hoewel er geen geheel nieuwe thema’s op de agenda staan, heeft de AFM voor 2014 wel binnen de bestaande thema’s een aantal specifieke doelstellingen geformuleerd. Mocht u meer informatie willen over deze onderwerpen en wat zij voor uw organisatie betekenen, dan kan Charco & Dique u daarbij van dienst zijn.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Charco & Dique op telefoonnummer 020-4165403 of e-mailadres info@charcoendique.nl