0:00
Artikel
Beleggingsinstellingen

De regels voor reclame-uitingen door beheerders van beleggingsinstellingen

8 min leestijd

Op 2 augustus 2021 traden de Europese Richtlijn en de Europese Verordening inzake de grensoverschrijdende distributie van beleggingsinstellingen en icbe’s in werking. Hoewel de namen van deze richtlijn en verordening de indruk wekken dat deze (vooral) regels bevatten voor beheerders van beleggingsinstellingen die ook in andere EU-landen actief zijn, zijn een aantal regels ook van toepassing op beheerders die alleen binnen Nederland actief zijn.

 

De verordening bevat onder meer expliciete eisen op het gebied van ‘publicitaire mededelingen’ zoals reclame-uitingen door vergunninghoudende beheerders van beleggingsinstellingen en icbe’s. Deze regels zijn van toepassing op alle reclame-uitingen die door vergunninghoudende beheerders worden uitgebracht, derhalve ook op reclame-uitingen voor beleggingsinstellingen die alleen open staan voor professionele beleggers.

De eisen die in de verordening zijn opgenomen zijn vrij algemeen. Daarom heeft ESMA de eisen tot in detail uitgewerkt in zogenoemde richtsnoeren. Deze richtsnoeren zijn op 2 augustus 2021 gepubliceerd en zijn vanaf 2 februari 2022 formeel van toepassing. Voor beheerders van beleggingsinstellingen is het raadzaam om tijdig kennis te nemen van deze richtsnoeren en hiermee rekening te houden bij het opzetten van (nieuwe) reclame-uitingen en andere vormen van informatieverstrekking.

In dit nieuwsbericht lichten we de eisen uit de richtsnoeren nader toe.

Voor wie gelden de richtsnoeren?

De richtsnoeren gelden voor alle publicitaire mededelingen die zijn gericht op beleggers of potentiële beleggers in beleggingsinstellingen. Dit betreft zowel icbe’s als beleggingsinstellingen onder de AIFMD waaronder speciale soorten als EuVECA’s, EuSEF’s, ELTIF’s en geldmarktfondsen (MMF’s). Daarnaast is het goed om te vermelden dat de richtsnoeren ook gelden voor de beleggingsinstellingen die (uitsluitend) aan professionele beleggers worden aangeboden.

De eisen uit de verordening en de richtsnoeren zijn niet van toepassing op beheerders van beleggingsinstellingen onder het AIFMD-light regime.

Doel van de nieuwe regels

Dit nieuwe regelgevingskader beoogt de beleggersbescherming te verbeteren, onder andere door vereisten te stellen aan publicitaire mededelingen (ook wel ‘marketinguitingen’ of ‘reclame-uitingen’). Zo moeten marketing uitingen als zodanig herkenbaar zijn en moeten de risico’s en de voordelen van het aankopen van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling op even opvallende wijze worden beschreven. Ook moet al deze aan beleggers gerichte informatie op een correcte, duidelijke en niet-misleidende wijze worden gepresenteerd.

Wat wordt bedoeld met publicitaire mededelingen?

De richtsnoeren gelden voor alle publicitaire mededelingen die zijn gericht aan beleggers of potentiële beleggers in beleggingsinstellingen.

Voorbeelden hiervan zijn:

  • Alle berichten die reclame bevatten voor een beleggingsinstelling, hierbij maakt het medium niet uit (digitaal, gedrukt, live presentaties etc.);
  • Op sociale media (zoals blogs en sociale netwerken) geplaatste berichten die verwijzen naar de kenmerken van een beleggingsinstelling (waaronder de naam van de beleggingsinstelling);
  • Marketingmateriaal dat is gericht aan individuele beleggers of potentiële beleggers, alsook documenten of presentaties die beschikbaar worden gesteld door de beheerder op zijn website of op andere plaatsen;
  • Van derden afkomstige mededelingen die door de beheerder voor marketingdoeleinden worden gebruikt.

 

Voorbeelden van mededelingen die niet als publicitaire mededelingen worden beschouwd, zijn onder meer:

  • Het prospectus, de essentiële beleggersinformatie (EBI) en/of het essentiële informatiedocument (EID), de jaar- en halfjaarverslagen van beleggingsinstellingen, de fondsvoorwaarden etc.;
  • Bedrijfscommunicatie van de beheerder waarin diens activiteiten of een aantal recente marktontwikkelingen (bijv. resultaten, dividenden, organisatorische aankondigingen) worden beschreven, mits hierin niet wordt verwezen naar specifieke beleggingsinstellingen;
  • Korte online berichten die slechts een link bevatten naar de publicitaire mededeling; en
  • Pre-marketing informatie of mededelingen.

Waaraan moeten publicitaire mededelingen voldoen?

In de richtsnoeren worden gedetailleerde eisen gesteld aan publicitaire mededelingen. Belangrijke elementen hiervan zijn dat publicitaire mededelingen:

  • Herkenbaar zijn;
  • Opvallend de risico’s en voordelen beschrijven; en
  • Een correct, duidelijk en niet-misleidend karakter hebben.

 

Daarnaast zijn in de richtsnoeren verschillende soorten waarschuwingszinnen opgenomen die verplicht moeten worden gebruikt in specifieke soorten publicitaire mededelingen. Ook wordt in de richtsnoeren verwezen naar informatie op het gebied van duurzaamheidsrisico’s.

Hieronder staan we uitgebreider stil bij de bovengenoemde eisen, zonder alle specifieke eisen nader uit te werken.

 

Herkenbaar

Uitgangspunt is dat publicitaire mededelingen als zodanig herkenbaar moeten zijn. Dit betekent dat uit een uiting voldoende moet blijken dat deze een marketingdoel heeft. Een marketinguiting is al herkenbaar wanneer deze duidelijk termen als “reclame” bevat, of “#reclame” wanneer het om een online publicatie gaat.

 

Even opvallende beschrijving van risico’s en voordelen

Als een marketinguiting informatie geeft over risico’s en voordelen van een beleggingsinstelling, dan verplichten de richtsnoeren dat de mededeling in elk geval:

  • Accuraat is;
  • Een correcte en duidelijke indicatie geeft van alle relevante risico’s; en
  • Zowel de voordelen als de risico’s benoemt en die op een even opvallen manier weergeeft.

 

Correct, duidelijk en niet-misleidend

Een belangrijke norm, welke ook al in andere regelgeving op het gebied van informatieverstrekking is opgenomen, is dat publicitaire mededelingen correct, duidelijk en niet-misleidend moeten zijn.

Een voorbeeld hiervan is dat informatie over bijvoorbeeld het beleggingsbeleid, de aanbevolen beleggingsperiode, de risico’s en voordelen en de kosten consistent moet zijn met de informatie zoals opgenomen in wettelijk verplicht te publiceren informatie zoals het prospectus, de jaarrekening en EBI/EID.

Verder bevatten de richtsnoeren diverse gedetailleerde regels over de in specifieke situaties op te nemen informatie. Een voorbeeld hiervan is dat wanneer een beleggingsinstelling een index volgt, naast de woorden “index-tracking” ook de woorden “passief” of “passief beheerd” moeten worden opgenomen. Ook zijn in de richtsnoeren diverse (zeer) gedetailleerde regels opgenomen betreffende informatie over de kosten, historische rendementen en (verwachtingen over) toekomstige rendementen. Het is ten zeerste aan te raden om kennis van deze bepalingen te nemen voordat een publicitaire mededeling wordt gepubliceerd.

Tenslotte is bepaald dat – wanneer publicitaire mededelingen gericht zijn tot niet-professionele beleggers – het gebruik van al te technische bewoordingen moet worden vermeden. Ook moet voldoende uitleg worden gegeven over de complexiteit van de beleggingsinstelling en de aan de belegging verbonden risico’s. Dit zodat beleggers de kenmerken van de gepromote beleggingsinstelling beter kunnen begrijpen.

Waarschuwingszinnen

De richtsnoeren verplichten om bij publicitaire mededelingen waarschuwingszinnen en/of een disclaimer op te nemen.

Een voorbeeld hiervan:

“Dit is een reclame. Raadpleeg het [prospectus van fonds X/informatiedocument van fonds X] en [het document essentiële beleggersinformatie/het essentiële informatiedocument] (doorhalen wat niet van toepassing is) voordat u een beleggingsbeslissing neemt.”

Als een disclaimer te lang is voor het format (zoals bijvoorbeeld bij berichten op Twitter), moet wel duidelijk worden aangegeven dat er sprake is van een publicitaire mededeling. Bijvoorbeeld door het opnemen van een tekst als “#reclame”.

Wanneer informatie over in het verleden geleverde resultaten wordt gepresenteerd, dient deze informatie te worden voorafgegaan door de volgende mededeling:

In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst.

Wanneer informatie over verwachte toekomstige resultaten op basis van in het verleden behaalde resultaten en/of huidige omstandigheden wordt gepresenteerd, dienen de volgende waarschuwingszinnen te worden opgenomen:

De weergegeven scenario’s zijn een schatting van het toekomstige rendement op basis van gegevens uit het verleden, en geven geen exacte indicatie. Uw rendement hangt af van hoe de markt presteert en hoe lang u de belegging/het product aanhoudt.”

Informatie over duurzaamheidsaspecten

De richtsnoeren sluiten af met eisen inzake de informatie over duurzaamheidsaspecten. Op basis van de SFDR (Sustainable Finance Disclosure Regulation) moet duurzaamheidsinformatie worden verschaft over de beleggingsinstellingen. Wanneer een marketinguiting verwijst naar deze duurzaamheidsaspecten moet deze informatie consistent zijn met de informatie die u dient te verschaffen op grond van de SFDR.

Daarnaast moet de mededeling een link naar de website bevatten waar meer informatie over duurzaamheidsaspecten van de beleggingsinstelling te vinden is.

Neem uw informatieverstrekking onder de loep

Beheerders van beleggingsinstellingen die zich (uitsluitend) richten op professionele beleggers hebben met de inwerkingtreding van de Europese Verordening inzake de grensoverschrijdende distributie van beleggingsinstellingen en icbe’s voor het eerst te maken met specifieke regels op het gebied van reclame-uitingen. Hoewel de impact van deze regels vanwege het ‘high-level’ karakter ervan vrij beperkt leek te zijn, blijkt uit de door ESMA afgegeven richtsnoeren dat de impact potentieel zeer groot kan zijn. Het is dan ook raadzaam om alle vormen van informatieverstrekking tegen het licht te houden en waar nodig aan te passen aan de nieuwe vereisten.

Omdat beheerders van beleggingsinstellingen die zich richten op niet-professionele beleggers al te maken hadden met regels op het gebied van reclame-uitingen, zal voor hen de impact van de richtsnoeren wellicht beperkter zijn. Echter, ook deze beheerders dienen gedegen kennis te nemen van de inhoud van de richtsnoeren. De richtsnoeren zijn namelijk veel gedetailleerder dan andere op dit gebied voorgeschreven regelgeving. Ook voor deze beheerders geldt dat het raadzaam is om alle vormen van informatieverstrekking onder de loep te nemen en waar nodig aan te passen aan de nieuwe vereisten.

Meer weten?

Charco & Dique kan u helpen met de beoordeling van uw marketinguitingen. Twijfelt u of uw mededelingen als marketinguiting worden aangemerkt? Of weet u dat al, maar bent u benieuwd of ze in lijn zijn met de ESMA richtsnoeren? Neem gerust contact met ons op, wij helpen u graag.

Adviesgesprek aanvragen