Maar eerst even een stap terug. Belastingontwijking is iets anders dan belastingontduiking. Belastingontduiking mag niet. Het is illegaal. Belastingontwijking is juist wel legaal. Maar is iets dat legaal is wel altijd moreel juist?
Legaal zo min mogelijk belasting betalen staat al lange tijd hoog op de maatschappelijke en politieke agenda. Veel mensen vinden belastingontwijking verkeerd. Of het nu om particulieren of bedrijven gaat: ze zien het ontwijken van belasting als ethisch of maatschappelijk ongewenst.
Barack Obama zei het al in 2014: ‘I don’t care if it’s legal, it’s wrong’.
Obama zei dit toen als reactie op Amerikaanse bedrijven die via dochtervestigingen in Ierland miljarden dollars belasting besparen. Maar ook binnen Europa speelt dit onderwerp. Zo deden de Panama-papers veel stof opwaaien. Politici, profvoetballers en andere rijke en bekende mensen bleken hun geld te stallen in belastingparadijzen. Wettelijk mag het, maar moet het wel mogen? Hoe ver mag belastingontwijking gaan? Al snel werd ook de rol van banken en andere financiële ondernemingen bij belastingontwijking onderwerp van discussie.
De tijd was rijp om de bestaande manier van werken onder de loep te nemen. Daarom wees DNB in 2017 banken erop van hen te verwachten dat ze beter beschrijven waar zij de grens trekken. Banken moeten voortaan expliciet beschrijven in welke mate zij de risico’s van belastingontwijking door klanten wel of niet accepteren én onder welke voorwaarden. Na een uitgebreide consultatie stelde DNB vervolgens een aantal zogenaamde Good Practices op. Deze Good Practices voor het beheersen van de fiscale integriteitsrisico’s door banken werden in juli 2019 gepubliceerd.
Kort samengevat verwacht DNB drie dingen van een bank:
- belastingontwijking is een integraal onderdeel van de zogenaamde Systematische Integriteitsrisico analyse.
- de bank heeft een concrete Tax Integrity Risk appetite wat betreft klantacceptatie en revisiebeleid.
- risico’s worden doorlopend herkend, zodat de juiste vervolgstappen kunnen worden genomen.
Voordat we bespreken hoe een bank hier in de praktijk mee om kan gaan, lichten we deze drie verwachtingen eerst nog wat verder toe.
Ten eerste: Belastingontwijking als integraal onderdeel van de Systematische Integriteitsrisico analyse. DNB verwacht dat zogenaamde fiscale integriteitsrisico’s, niet alleen belastingontwijking, maar ook belastingontduiking, deel uitmaken van de risico-analyse. In welke mate is er exposure naar belastingparadijzen? In hoeverre helpt de bank klanten bij het optimaliseren van de vermogens- of successieplanning? Kortom, waar en hoe loopt de bank fiscale integriteitsrisico’s door de belastingontwijking van hun klanten?
Ten tweede: Een concrete Tax Integrity Risk appetite wat betreft klantacceptatie en revisiebeleid. DNB verwacht dat banken een zogenaamde Tax Integrity Risk appetite formuleren. Welke soorten activiteiten, klanten, structuren of deals zijn niet acceptabel voor de bank? Dit verschilt per bank. Sommige banken zijn erg terughoudend om zomaar doelvennootschappen te bedienen zonder een bredere klantrelatie. Het is dan immers erg moeilijk om voldoende inzicht te krijgen. Andere banken zullen een klant niet accepteren zodra er bepaalde juridische entiteiten in de klantstructuur zitten. Hiermee bedoelen we vanuit fiscaal perspectief risicovolle jurisdicties. Zulke vraagstukken helpen om de grens te bepalen en de Tax Integrity Risk Appetite concreet te maken.
Ten derde: Risico’s worden doorlopend herkend, zodat de juiste vervolgstappen kunnen worden genomen. Dit is veruit de moeilijkst uitvoerbare verwachting van DNB. DNB wil namelijk dat banken zowel bij het aangaan van een nieuwe klantrelatie als gedurende de dienstverlening risico’s herkennen. Sterker nog, ze moeten de fiscale integriteitsrisico’s niet alleen herkennen, maar ook opvolging hieraan geven. Dat is nogal wat. Dat betekent dat de processen en systemen rondom Customer Due Diligence, Deal Due Diligence en Transactie Monitoring zo moeten zijn ingeregeld dat
A. op de juiste momenten risico’s naar boven komen
B. dat deze risico’s worden geanalyseerd
en C. dat dit tot de juiste vervolgstappen leidt.
Zo’n vervolgstap kan van alles zijn. Bijvoorbeeld een escalatie naar de compliance officer, bespreking van de klant in een risicocommissie, melding aan de FIU, exit van de klant of verhoogde monitoring.
Hoe moet een bank hier nu in de praktijk mee omgaan?
Fiscale integriteitsrisico’s moeten structureel een plek krijgen in de SIRA, de risk appetite en het acceptatie en revisiebeleid. Linksom of rechtsom zal er dus het een en ander moeten worden uitgedacht en beschreven.
Voor de inrichting van processen is het meestal goed mogelijk om een risico-gebaseerde en pragmatische aanpak te volgen. Een voorbeeld. Stel u voor, een binnenlandse retailklant met uitsluitend een binnenlandse betaal- en spaarrekening en hypotheek. Zo’n klant zal in beginsel voor de bank maar een zeer beperkt fiscaal risico hebben. Dit zal zo blijven, tenzij er gedurende de relatie rode vlaggen omhoog gaan. Zo’n rode vlag kan bijvoorbeeld zijn dat de klant regelmatig grote bedragen overmaakt naar een rekening in een belastingparadijs. Maar zonder rode vlaggen blijft een klant als dit een laag fiscaal risico.
Een stuk lastiger wordt het aanvoelen en herkennen van risico’s bij complexe klantrelaties. Bijvoorbeeld een buitenlandse vermogende klant met rekeningen in meerdere landen. Of een bedrijvenrelatie die gebruikmaakt van offshore entiteiten. Een klant die slechts gedeeltelijk met zijn grote bedrijf of aanzienlijke vermogen bij een bank bankiert. Of banken die zelf gericht actief zijn met vermogensplanning in landen die als belastingparadijs worden beschouwd.
Deze specifieke klantgroepen en activiteiten vragen meer tijd en aandacht. En dan vooral bij het beoordelen van de omvang van het fiscale integriteitsrisico. Hiervoor is immers expertise nodig. En deze noodzakelijke expertise is vaak niet aanwezig in de compliance organisatie. Van cruciaal belang in zo’n geval is samenwerking tussen de business-, compliance- en fiscale specialisten. Alleen door samen te werken kan de bank een goede inschatting maken van het fiscale integriteitsrisico.
Heel mooi, al die verwachtingen van DNB. Maar is het wel de taak van de bank om legale belastingontwijking tegen te gaan? Uiteraard kwam die vraag ter tafel in de afgelopen jaren. Tijdens de consultatiefase van het Good practices paper van DNB werd er echt wel hier en daar gemopperd door enkele banken. De poortwachtersfunctie die banken vervullen werden volgens hen te ver opgerekt door DNB. Natuurlijk, banken hebben een wettelijke taak om te voorkomen dat ze illegale belastingontduiking faciliteren. Maar de rol die DNB hen gaf bij legale belastingontwijking vonden ze te ver gaan. DNB was het hier niet mee eens.
Zijn de Good Practices van DNB hiermee de minimum standaard geworden in risicobeheersing bij belastingontwijkende klanten? Dat niet. Het betekent wel dat banken zo slim moeten zijn hun beleid en processen te toetsen aan de Good Practices die DNB beschrijft. Vervolgens is het aan de banken zelf om hun eigen afwegingen te maken.
Meer weten?
Meer weten over de Good Practices van DNB? Neem contact met ons op. Wij staan u graag te woord.
Wilt u meer inzicht in de wettelijke en maatschappelijke ontwikkelingen op het gebied van fiscale integriteit? Volg dan onze Fiscale Integriteit Awareness e-learning. Hierin besteden we aandacht aan de verschillen tussen belastingontduiking, belastingontwijking en belastingoptimalisatie. Verder leert u wat de verwachtingen van toezichthouders zijn, en welke internationale (wets-)initiatieven er zijn om belastingontwijking te voorkomen.
Meer over de e-learning